In Memoriam – Jos Vanachter (1947-2024)

Geschrokken en stil melden we het plotse overlijden van Jos Vanachter, één van onze bloggers. Jos stierf op 9 januari.

We zijn Jos erg dankbaar voor de blogverhalen die hij elke maand schreef, en dat gedurende vele jaren. Het zijn stuk voor stuk getuigenissen van een warme familiale verbondenheid, een groot engagement, een dankbare en blije levenshouding en een diep geloof. Jos ontroerde veel lezers door de manier waarop hij in het leven stond.

We wensen zijn familie en vrienden kracht en troost toe, en verbondenheid over de dood heen.

Moge Jos nu leven in Gods eeuwige liefde.

Kerststal

‘Het zal er toch eens van komen,’ had ik tegen onze oudste dochter Hilde gezegd. Toen wij allemaal nog thuis waren, had ik op de zolder van de dekenij schors van boomstammen gevonden. En omdat ik nogal graag met hout werk, kon ik er een mooie kerststal van timmeren, met zelfs een lampje achterin.

Zij wou ook wel zoiets hebben voor haar eigen huis in Berchem. Maar het was er nog altijd niet van gekomen. Dit jaar echter diende zich een onverwachte gelegenheid aan. De ramen van ons huis van 50 jaar oud waren dringend aan vervanging toe, want vooral de regenkant ziet zodanig af dat het zware glas er dreigt door te zakken. Of dat ze bij stormweer zomaar openwaaien.

Met de schrijnwerker had ik afgesproken dat het hout bij ons mocht blijven. Een deel ervan zouden we in de winter in de houtkachel kunnen verwerken. En ook het kippenhok kan wel een extra laagje gebruiken, omdat de zon en de regen dat bijna even oude tuinhuisje toch al erg toegetakeld hadden. Hier en daar zaten er al windgaten in.

De advent bleek blijkbaar voor inspiratie te zorgen. En op een week tijd zette ik mij aan het werk in de garage. De maten van ons oude kerststalletje heb ik overgenomen en zo kon ik voor Hilde eindelijk – na zoveel jaren – mijn belofte inlossen. Het is een beetje minder ruw dan de boomschors, maar de donkerbruine kleur van de planken heeft ook wel een zekere charme.

En toen ik één kerststalletje gemaakt had, dacht ik bij mezelf: ‘Waarom ook niet voor de andere kinderen?’ En zo kon ik op een paar dagen tijd vijf stalletjes timmeren. Het was bijna aan de lopende band. Af en toe konden de kleinkinderen mijn atelier even bezoeken, want het zal dus ook in hun living te pronken staan.

Nu zit er een stukje van ons oude huis in hun nieuwe woningen. Zij moeten zelf maar zorgen voor de verdere invulling met beeldjes of lichtjes of sterren. Het schept ook een band over de jaren en de dorpsgrenzen heen. Even deed het mij denken aan de konijnenkoten die ik als kind met mijn broer maakte.

Jos

Wafels

‘Zou je het nog weten van vorig jaar?’, vraagt Ria aan Lut van zestien. Op 1 november mogen wij met ons gemengd koor in de voormiddag de plechtige viering van Allerheiligen zingen. En in de namiddag worden dan de gedachteniskruisjes van de overledenen van het voorbije jaar aan de familie meegegeven, in een serene en stemmige herdenkingsviering.

En daarna zijn de kinderen en kleinkinderen bij ons thuis te gast, voor een wafelenbak met echte dikke Brusselse wafels. Vorig jaar was Lut de stiel komen leren en ook dit jaar mocht zij de regie van het hele scenario op zich nemen: de juiste bloem kiezen, genoeg water en melk toevoegen, de gist aan het werk brengen en nog een vleugje vanillesuiker voor de fijne smaak. En dan het deeg laten rijzen in de oven.

Twee per twee komen de goudgele wafels uit het speciale ijzer, dat maar enkele keren per jaar gebruikt wordt. Het duurt telkens wel een paar minuten, vooraleer ze klaar zijn. Maar er is geen haast bij op zo een gezellige familienamiddag. Soms wordt er tussendoor een spelletje gespeeld of af en toe kan er ook een kaartje gelegd worden. De kinderen kunnen zichzelf wel bezighouden.

November is voor ons gezin een speciale maand van verjaardagen. Ze volgen elkaar in snel tempo op. Er zijn er wel vijf op minder dan twee weken tijd. En graag nodigt iedereen dan toch de familie uit voor een klein feestje. De kinderen mogen meestal zelf bepalen wat zij op die dag zo lekker vinden als traktatie. En cadeautjes horen er natuurlijk ook bij.

Niet iedereen kan er altijd bij zijn, maar de wafels worden dan ’s avonds wel meegegeven voor de afwezigen. Zo was Naud van 16 op vormingskamp als KSA-leider. En zijn zus Marie verblijft nog enkele maanden in Parijs op Erasmus. Maar via telefoon of whatsapp zijn er haast geen afstanden meer. En als er dan ook nog beeld bijkomt, kan de pret helemaal niet meer op.

Ons jubileumjaar schuift al aardig op. Nog één keer uitnodigen en voorzichtig – dag na dag – doorschuiven naar een volgend feest.

Jos

Taxi

‘Ik had een vraagje, mijn vrienden en ik zouden graag nog eens gaan zwemmen in het zwembad van Aalst. Maar we hebben geen vervoer en bij deze zou ik aan jou willen vragen of jij misschien woensdag van 17-20 uur vrij bent?’ Aan het woord is Naud van zestien, een echte waterrat.

Samen met drie van zijn maten willen ze graag nog eens gaan duiken van de 5-meterplank. Aan de brug van het plaatselijke beekje, de Vliet, waren ze in de vakantie betrapt door de politie. En die vond het toch wel wat gevaarlijk. Dan maar naar een echt zwembad, ook al is dat een klein uurtje rijden.

Dat is dan weer een leuke activiteit, zoals wij dat lang geleden ook voor onze eigen kinderen deden: het vervoer regelen naar de muziekschool, een voetbalwedstijd of een sportkamp. Taxi spelen geeft je de gelegenheid om die pubers eens te observeren en te beluisteren, met hun Tiktok- of snapchattoestanden en hun tussentaaltje van Bargoens met krasse modewoorden, die wij eerst even moeten ontcijferen.

Vorig jaar mocht ik heel de winter met Janne van bijna 18 naar de schaatsbaan in Wilrijk. En straks mag ik met haar zusje Nelle van 12 gaan dansen, op woensdagavond. Het is toch veiliger als ze niet met de fiets over de snelweg moet. Het is ook een gelegenheid om tijdens het wachten even te lezen in een boek, of een sonnet te schrijven voor een kleinkind dat bijna jarig is.

Tegenwoordig zijn er haast geen afstanden meer. Onze tweede huwelijksreis naar Beaufort in Luxemburg, na 50 jaar in hetzelfde hotel, is prachtig meegevallen. We hadden op tijd de vloeibare zuurstof besteld. Drie uur rijden en dan jezelf laten verwennen met een luxe ontbijt en ’s avonds een vijfgangenmenu. Elke dag een andere stad: Echternach om te winkelen, Vianden met het prachtige kasteel en Clervaux, om even tot rust te komen in de abdij.

Met de rolstoel konden we langs de Our of door de straatjes wandelen en via WhatsApp bleven onze kinderen en kleinkinderen op de hoogte van onze avonturen. We moeten geen 50 jaar meer wachten.

Jos

Jubileum

‘Zullen we dan maar kiezen voor de dag zelf?’ Een gouden huwelijksjubileum vier je niet elke dag, en ook niet in één keer. Gelet op onze gezondheidstoestand hadden we er toch wel drie jaar naar uitgekeken. Bovendien moesten we ook in de gaten houden waar de kinderen en kleinkinderen op het einde van de grote vakantie zoal vertoefden.

We waren op voorhand toch al even gaan verkennen in het plaatselijke restaurant dat vroeger zelfs een Michelin-ster verkregen had. Met zeventien aan tafel dus. De jongste, Lucien van bijna 4 maanden, was de enige afwezige. Maar die zal later nog wel zijn kans krijgen. Voor zijn papa Filip, die de morgen na het feest om 8 uur een examen moest afleggen, was het even slikken.

En Marie, onze Erasmus-student, vertrok twee dagen later voor 4 maanden naar Parijs. Zij kon er met haar vriendje Joachim gelukkig nog bij zijn. Voor de jongste kleinkinderen was het toch wel een speciale belevenis: de verschillende hapjes met uiteenlopende kleuren en smaken. Ze hadden zich ook wel feestelijk uitgedost voor die speciale gelegenheid.

Deze avond hadden we dus bewust voor ons gezin gekozen. Want op dezelfde dag vonden nog enkele belangrijke gebeurtenissen plaats, waar wij toch ook wel nauw bij betrokken waren. Een BBQ van het bestuur van het plaatselijke Davidsfonds, de inzegening van het kruis op de toren van onze Sint-Pieterskerk dat door de storm van vorig jaar naar beneden gevallen was.

De receptie met de pastoor, de burgemeester en de plaatselijke autoriteiten. En daarna nog een feestelijk beiaardconcert. ‘Kiezen is verliezen,’ hoor je wel eens zeggen. Maar deze keer was de keuze snel gemaakt. En van de andere activiteiten zullen we de echo’s later wel opvangen.

De eerste stap van ons jubileumfeest is alvast prima geslaagd. De broers en zussen en nauwe vrienden van de Gezinsgroep komen over enkele maanden aan de beurt. Want we hebben eigenlijk een heel jaar om te vieren, niet te massaal, maar in kleine groepjes. Zo blijft ons geheugen intact.

Jos

Vakantie

‘Vakie, heb je dit al gezien?’ Naud van bijna 16 toont mij een Tiktok-video van vier seconden. Vanop een brug over de Vliet maakt hij een achterwaartse salto in het water van het riviertje. Duiken of zwemmen is echt zijn ding. ‘En is dat daar wel diep genoeg?’, vraag ik een beetje bezorgd. ‘Natuurlijk, en mijn vrienden zijn er ook bij.’

Onwillekeurig moet ik even terugdenken aan mijn eigen kinderjaren. Ik ben nooit een waterrat geweest. Zwemmen heb ik pas in Leuven geleerd, toen ik al meer dan 18 was. Ooit, als kind, dacht ik dat ik dood zou gaan, toen ik in een vennetje viel met mijn oren onder water. Wellicht is dat trauma daar ontstaan.

Maar Naud gaat een week op surfkamp, ergens in de buurt van Bordeaux, met golven van 3 meter hoog. Hij zal het wel overleven. En ondertussen heeft hij als zoetebek een vakantiejob gevonden bij Vermeiren, het plaatselijke speculaasbedrijf. Hij zal het er echt naar zijn zin hebben, want ook zijn zus Marie doet daar vakantiewerk.

Zijn broer Bran werkt dan weer in een brasserie tijdens het weekend. Afwassen in de keuken en mee helpen mosselen serveren. Hij heeft al een aardig potje gespaard, zodat hij nu aan beleggen denkt. Ook zijn nichtje Janne mag af en toe opdienen in een restaurant, als ze maar niet te veel potten breekt. Haar zus Lut houdt het voorlopig bij babysitten.

Nelle van bijna 12 is nog te klein, maar is wel verduiveld goed bij het kaarten. Opvallend hoe zij het gemakkelijk haalt van volwassenen bij een potje ‘rummikup’. In elk geval is dat een goede training voor het geheugen. Ondertussen groeit kleine Lucien van bijna 4 maanden als kool. Hij lacht en vertelt al honderduit.

Op 15 augustus waren wij met enkele kleinkinderen in de eucharistieviering in Ruisbroek, aan de Lourdesgrot. Het was mooi weer en dat is dan een uitstekende gelegenheid om Maria en Moederdag te vieren. De preek van de priester vonden zij een beetje raar. Zij kregen toch ook een witte roos mee naar huis. En zo kon hun dag niet meer stuk.

Jos

Kleinzonen

‘Heeft iemand logeergelegenheid in de buurt van Oostende?’ Zo vraagt Naud van 15 aan de familie voor zijn groep KSA-ers die op driedaagse zijn. Van hun kamp in Oudsbergen, Limburg, met de trein naar Gent en dan nog verder naar een festival aan de kust. Alle suggesties waren welkom en met de hulp van de plaatselijke burgemeester is het blijkbaar toch gelukt.

Hoe een kleine jongen kan groeien in enkele jaren tijd. Niet alleen fysiek, maar ook mentaal. Na zijn eerste kamp, toen hij nog wat te klein was, zat de goesting er niet meer in om nog van huis weg te gaan. Maar nu is dat geen enkel probleem meer. Met zijn vrienden stort hij zich op verschillende sportkampen in binnen- en buitenland.

Zijn broer Bran van 19 heeft al wat voorsprong genomen, want hij is een gewaardeerde leider in dezelfde jeugdbeweging. Zijn eerste jaar Leuven geschiedenis zit erop en hij mag met ‘vliegende kleuren’ aan het tweede beginnen. Toen hij 18 werd, hadden we hem een reisje naar Rome aangeboden, maar toen was het nog te vroeg. Deze zomer past het volledig in zijn toekomstige studieplannen.

En ons jongste kleinkind Lucien is zonet 2 maanden geworden. Hij woont wat verder van huis, in Blanden onder Leuven. Daarom zien we hem niet zo vaak, maar via foto’s en WhatsAppberichten kunnen we zijn evolutie volgen. Onlangs zat hij in de trein van Oostende naar Leuven. Inderdaad, jong geleerd is oud gedaan.

Vorige week was hij voor het eerst bij ons thuis op bezoek. Hij was al 10 centimeter gegroeid en 2 kilo in gewicht toegenomen. Blijkbaar zit hij in de groep van latere ‘grote mensen’. Het doet toch wel wat, als je hem zo in je armen kunt houden. En er was al duidelijk oogcontact en er kon zelfs een guitige glimlach af.

Anders was het meer dan 40 jaar geleden, toen ik zijn papa Filip op één hand kon leggen. Met een keizersnede op 7 maanden geboren, net geen 2 kilo. Maar nu heeft die zijn schade ruimschoots ingehaald. Vandaag steelt kleine Lucien de harten van al zijn neefjes en nichtjes.

Jos

Oudercontact

‘Mama, vraag zeker ook naar positieve dingen, hé’, vraagt mijn 9-jarige dochter me vooraleer ik naar het oudercontact vertrek.

‘Moh natuurlijk, schattebol… Ik ben er zeker van dat jouw meester heel veel positieve dingen over jou te vertellen heeft!’ antwoord ik haar geruststellend.

Haar opmerking blijft wat door mijn hoofd spoken wanneer ik richting school rijd. Hoe komt het toch dat ze hier zo onzeker over is? De meester en mijn dochter zijn twee handen op één buik. Ze heeft zowel het 3e als het 4e leerjaar bij hem in de klas gezeten en ik voel dat er een hele grote wederzijdse appreciatie is.

Het gesprek loopt voor mij dan ook zoals verwacht. Ja, spelling loopt moeilijk, maar lezen gaat heel vlot. En over het algemeen lukt rekenen ook, alleen dat cijferen met kommagetallen krijgt ze moeilijk onder de knie. ‘Maar ik heb het volste vertrouwen in haar. Ze moet er inderdaad wat harder voor werken, maar door die tomeloze inzet van haar gaat ze er echt wel geraken!’ hoor ik haar meester vertrouwvol en bemoedigend spreken. Ik knik beamend. Zo ken ik haar: plichtsbewust en enorm gemotiveerd.

Zijn volgende woorden ontroeren me. ‘Weet je wat me het meeste opvalt, Liesbeth. Die dochter van jou is zó graag gezien in de klas. Ze is lief voor iedereen. Ze is de eerste om haar plaatsje op te geven om een ander kind iets te gunnen. Ze voelt perfect aan wie een mindere dag heeft en geeft dat kind dan wat extra aandacht… Zelfs bij mij doet ze dat! Wanneer de klas te druk wordt en er onweer verschijnt op mijn gezicht, zal zij de klas tot stilte manen. Echt knap hoor, die empathie van haar!’

Ik voel mijn moederhart letterlijk zwellen van trots. Wat een fijne feedback!

Terug thuis komt dochterlief meteen naar de deur gelopen. ‘Ik mag toch naar het 5e, hé mama?’ vraagt ze me met een angstige blik in haar ogen.

‘Moh… natuurlijk schattebol!’ roep ik uit. ‘Was je daar dan bang voor?’

‘Een beetje wel’, bekent ze, ‘want dat cijferen met kommagetallen kan ik niet en daar had ik laatst een slechte toets van. En ook dictee lukt niet goed, dat weet je toch?’

Ik stel haar gerust dat dat gelukkig niet het enige is dat telt. En dat er heel veel dingen wel lukken die maken dat al dan niet naar het 5e leerjaar kunnen zelfs niet ter sprake is gekomen.

‘Dus er waren ook positieve dingen?’

‘Moh… natuurlijk schattebol!’ roep ik uit. Opnieuw.

En ik vertel haar over de mooie woorden van haar leerkracht die haar ziet in heel haar prachtige persoonlijkheid. Over haar doorzettingsvermogen, ook als het moeilijk gaat. Over hoe ze zo goed voor anderen kan zorgen, zonder daar iets voor terug te verwachten. Over hoe ze zichzelf soms aan de kant zet om iets mogelijk te maken voor iemand anders. En over hoe ongelooflijk fier ik was op haar toen ik al die dingen hoorde. Ze glundert wanneer ze mij hoort spreken: ‘Ik wist niet dat die dingen ook bij een oudercontact verteld werden!’

Inderdaad… ik prijs me gelukkig dat ze een meester heeft die de focus van het gesprek niet legt op wat ze niet kan, maar die haar helemaal ziet en waardeert om wie ze is. Ik voel echter ook dat ik een dochter heb die voor zichzelf niet altijd dezelfde reflex maakt.

Wanneer ik haar al slapend in een innige omhelzing met haar gigantische knuffelwalrus ’s avonds in haar bed zie liggen, dansen de woorden van Jesaja door mijn hoofd:

Je bent zo kostbaar in mijn ogen, zo waardevol en ik houd zoveel van je.

‘Ik wens het je zo hard toe’, fluister ik, ‘dat je je inderdaad op een dag zo ten diepste aanvaard en geliefd mag weten met je kleine tekortkomingen, maar ook met al die prachtige talenten die je gekregen hebt.’

Liesbeth

Vader

‘Morgen zal ik net zo oud zijn als mijn vader Paul ooit geworden is,’ vertel ik aan Janne van zeventien, op de dag van haar vormsel. Sinds de diagnose van mijn ziekte besef ik wel dat mijn tijd beperkt is. En ik had mezelf drie jaar geleden de vraag gesteld of ik mijn vader ooit zou kunnen overleven. Ook hij was op het einde van zijn leven getekend door kanker, maar veertig jaar geleden werd dat alles nog niet zo goed opgevolgd.

Van hem heb ik het werken in de tuin geleerd, vooral dan asperges kweken en planten en oogsten. En die vaardigheden heb ik aan onze kinderen doorgegeven. Het doet deugd om te zien dat zij toch ook wel iets van die ‘groene vingers’ meegekregen hebben. De tijd is helaas voorbij dat ikzelf hun tuintje nog ging onderhouden. Maar technische hulpmiddelen zijn in de plaats gekomen.

Naast de tuin zijn er ook nog de boeken. Onze twee oudste kleinkinderen studeren al in Leuven. En ze doen het goed in het tweede en het eerste jaar. Mijn vader had niet de kans om verder te studeren, ook al had hij de wijsheid en het verstand ervoor. De tuinbouwschool in Mechelen was het hoogst haalbare. Ooit kreeg hij het aanbod om bij de NMBS aan te treden. Maar het werk op het veld vonden zijn ouders toen belangrijker.

En ondertussen kregen wij nog een vadertje erbij. Onze jongste zoon Filip en zijn Rose werden vorige maand voor de eerste keer ouders. En wij voor de zevende keer grootouders. Met vieren zullen wij dan jarig zijn in de maand april, het prille begin van de lente: ikzelf, Rose en Filip. En daar komt dus nog eentje bij. Net zoals mijn vader ook in april verjaarde.

Een vader hoort te waken over zijn gezin. Dat is ons vroeger altijd geleerd. En wij voelen wel dat onze kinderen dat ook doen: onze kleinkinderen krijgen de kansen om zich te ontplooien en te ontwikkelen volgens hun talenten en mogelijkheden. Voor ons zal dat kleine wichtje weer een verjonging betekenen: alsof alles van voren af aan begint.

Er is blijkbaar steeds een zorgend oog daarboven.

Jos

Nieuw leven

‘Zou het dan toch een Remco zijn?, vroeg iedereen zich af. Heel de maand april was het aftellen geblazen. Onze jongste zoon Filip en zijn Rose verwachtten hun zoontje tegen het einde van die maand. Onze andere kleinkinderen volgden de situatie op de voet. Zelfs Naud, die in de paasvakantie met de KSA op Joepie in Tielt verzeild geraakte, wilde zeker op de hoogte blijven.

Die staptocht van 100 km in vier dagen tijd werd dit jaar voor de 30e keer georganiseerd. Om de twee jaar. Ik herinner mij nog van 60 jaar geleden – het moet 1963 geweest zijn – dat ook ik die eerste tocht maakte, toen ik in de KSA-bond van mijn school in Hoogstraten leider was. Toen hebben wij het gehaald, zelf op zoek gaan naar voedsel en onderdak, op weg naar stad X.

Ook dit jaar waren de 15-jarigen aan de beurt, een uitgelezen gelegenheid om karakter te kweken en aan groepsvorming te doen. De tweede week van de paasvakantie leende zich daar uitstekend toe, want in de eerste week hadden wij met ons gezin al wat geoefend in de Condroz, een mooie streek in de provincie Namen.

En ondertussen maar wachten op het verlossende nieuws. Zou het dan toch voor de maand mei zijn? We mochten het allemaal vanop een afstand mee beleven, het gokken van de datum en het kiezen van de naam. Onlosmakelijk zal deze geboorte van 1 mei verbonden blijven met het wereldkampioenschap snooker in Engeland.

Luca was daar de held. Bij het nieuwe gezin in Blanden werd gekozen voor Lucien, als herinnering aan de opa, die het jaar tevoren aan kanker overleden was. Zo zal de band in de familie kunnen blijven, met veel herinneringen en verhalen, die van vader op zoon doorverteld zullen worden.

De eerste ontmoeting met dat prille leven is hartverkwikkend. Hij was wakker en leek al even te glimlachen. Zoals op het geboortekaartje te lezen staat: ‘Je scheen al stralend in de buik met heel wat trappelend vermogen, gelijk een pril geluk ontluikt schitter je lichtjes in de ogen.’ En zo wordt de wereld weer eens jong en nieuw!

Jos