“Gevonden!”, roept Rune. Tijdens onze wandelvakantie in de Vogezen gaan we geregeld geocachen. Telkens als we een cache – een schat – vinden, zijn onze kinderen door het dolle heen. Zelf ben ik vooral benieuwd naar wie degenen waren die hier voor ons stonden en hun naam op het papieren rolletje noteerden. Je ziet namen en berichtjes in alle talen. Mensen die we niet kennen, maar toch met hen verbonden, door de zoektocht naar een schat. We zijn maar een schakeltje in een hele rij van schatzoekers. Ook na ons komen er ongetwijfeld nog, volwassenen en kinderen. En elk van ons laat zijn sporen na.
Zo vergaat het me ook met de wandelstok. Onderaan de Col du Donon ligt hij. Een dikke tak, ideaal voor mijn lengte. De stok helpt me over de rotsen heen tot aan de top. Al klimmend en zwetend vraag ik me af wie de vorige eigenaar was van deze stok. Wie heeft deze tak gevonden? Wie heeft deze tak bovenaan zorgvuldig afgepeld om te zorgen voor een goede handgreep? Heeft deze stok al meerdere eigenaars gehad? Ik voel me verbonden, al weet ik niet exact met wie. Eens terug beneden leg ik de stok behoedzaam langs het wandelpad. Voor de volgende die een beetje steun kan gebruiken. Een spoor dat ik nalaat van mijn wandeling. Moest de stok kunnen praten, dan heeft die wellicht al veel te vertellen…
Sylvie