Zoals bijna elke week speel ik taxi voor mijn grootouders op zaterdagmiddag. Ik pik hen op aan hun appartement en rij met hen naar mijn ouders twee dorpen verder. Oma (89 jaar) strijkt, doet verstelwerk of maakt appelmoes want “als er niets te doen is, dan hoef je mij niet te komen halen”. Opa (93 jaar) kuiert wat rond, leest de krant, gaat langs in de tuin en bij de schaapjes en houdt een oogje in het zeil als de tractor van mijn broer voorbij komt rijden. Ook voetballen of duplo-huizen bouwen met de achterkleinkinderen van bijna 4 en 2,5 staan op het programma. Ook taart en koffie zijn een vaste zaterdagtraditie. En zo ook afgelopen zaterdag. We aten taart en dronken koffie. Oma merkte terloops op: “Morgen is het Pinksteren en ook nog kermis, dus ik zou eigenlijk nog een verse taart moeten bakken”. Waarop opa zei: “Het is hoogdag, dan mag je toch niet werken?”. Oma antwoordde wijs: “Dan hoef ik ook niet te gaan bidden.” Nog nooit zo bekeken, maar bidden en geloven zijn ook werken, en bij uitstek op een hoogdag.
Els