In het dagelijks leven

We komen elkaar tegen bij de bakker. Mijn Ierse buurvrouw vraagt of ik aan het werk ben. Ik val een beetje door de mand want ik moet zeggen dat ik ‘in behandeling’ ben. Dat het kanker betreft, vertel ik maar niet. Ze reageert erg lief: ‘I’ll pray for you.’ Ik bedank haar.

Achteraf bedenk ik dat bidden voor iemand anders en vlotter klinkt in het Engels of Frans. In het Nederlands kom ik niet verder dan ‘ik duim voor je’ of ‘we denken aan jou’. De bedoeling is dezelfde. Het gaat om de zegen, de helende kracht die van de ene naar de andere mens vloeit. Dat is niets magisch. ‘Het mysterie vindt plaats op het centraal station’ (Joseph Beuys). Of bij de bakker…

Ruth

Groot genoeg

‘Iedereen denkt dat ik vier ben’, zegt mijn kleinzoon met een neutrale stem. Hij wordt over een paar maanden zes en gaat na de zomer naar het eerste leerjaar. Hij is de kleinste van de klas, meisjes inbegrepen, en ik voel een trauma in de maak.
‘Dan zullen ze nogal verschieten als jij zegt dat je bijna zes bent’, zeg ik monter. ‘Want jij kunt en weet veel meer dan een kind van vier, hè.’
Kleinzoon knikt nadenkend.
‘Het maakt niet uit hoe groot ik ben’, zegt hij dan vol overtuiging. ‘Want later worden alle mensen toch even groot.’
Ik sta even met mijn mond vol tanden. Voor iemand die niet veel groter dan een meter is, lijken alle grote mensen blijkbaar reuzen. Allemaal ver buiten zijn bereik en dus op het eerste zicht even lang. Een woud vol grote bomen, waartussen hij een dapper groeiend struikje is.
Voorzichtig zeg ik iets over verschillen tussen mensen, ook als het over lengte gaat. Ik haal een paar voorbeelden uit de familie van stal, waarvan de ene duidelijk twintig centimeter korter is dan de andere. Maar dat interesseert hem niet.
‘Grote mensen zijn altijd groot genoeg’, besluit hij. En dat kan ik absoluut niet verbeteren.

Kolet

Weekend

De nieuwe lente heeft aantrekkelijke en diverse mogelijkheden te bieden. Met ons gezin in verspreide slagorde houden wij elkaar via een foto op whatsapp graag op de hoogte. Het begon al op vrijdagavond met de quiz van de jeugdbeweging waar de traditie hooggehouden moet worden.
Zaterdag was het begin van een druk weekend voor onze Koen, die met zijn groepje van de Lange Weg naar de jeugdherberg in Kessel-Lo trok. Ook zijn dochter Marie was erbij, die volgend jaar gevormd zal worden. Voor de fiets was het wat te koud, dan maar met de klimaatvriendelijke trein.
Op voorhand hadden zij al een kapel geboekt om op zondag de viering te houden onder begeleiding van de nationale proost van KSA. Die belangrijke stappen als voorbereiding op het vormsel zijn indrukwekkende mijlpalen in het leven van deze jonge mensen.
Met wie er nog restte van de andere kinderen en kleinkinderen gingen wij dan ’s avonds naar het diner van de jeugdbewegingen. De spelnamiddag was – tussen de hagelbuien door – leuk geweest voor de kleinsten. En het menu van de kook- en kampouders smaakte heel lekker.
Op zondagnamiddag was het de beurt aan Bran, die met zijn makkers van de Lange Weg deelnam aan het voetbaltornooi van de G-werking. Voetballen tegen jonge mensen met een beperking – soms zelfs een amputatie – was voor hen uitermate blikverruimend. En winnen was niet meteen belangrijk.
In de namiddag wilden wij onze dochter Hilde verrassen. Zij zingt mee in het Antwerpse koor Arti Vocali. In de Sint-Walburgiskerk konden wij genieten van een mooi programma met klassieke koorwerken van Mendelssohn en Engelse polyfonie. Enkele melodieën kon ik zelfs meezingen.
En nog was het weekend niet ten einde. Want op zondagavond was er in het Fort van Liezele een activiteit met de aanstaande plechtige communicanten. Naud en zijn groepje mochten zich er wagen aan het blind proeven van allerlei bekende en onbekende smaken.
Zoveel variatie komt niet elke week voor, maar telkens is het toch weer genieten geblazen.

Jos