‘Vake, heb jij nog koffie?,’ vraagt Naud met aandrang. Inderdaad, gelukkig maar, want dan kan hij zijn speculaas er even indopen. Hij is er verzot op. Deze week zijn wij met kinderen en kleinkinderen in de Ardennen, in Aywaille, vlakbij de grot van Remouchamps. Maar niet allemaal tegelijk, zodat ik de rol van zijn papa bij het ontbijt even mag overnemen.
Rond Allerheiligen hadden we er al verbleven in het omgebouwde kasteel van Dieupart. Het was zo goed meegevallen, dat wij er in de lente nog wel eens naartoe wilden. En het bleek een echte goede en zonnige week te zijn.
Palmzondag maakten wij mee in het oude romaanse Sint-Pieterskerkje uit de 11e eeuw. De gelovigen stonden buiten met mandjes palmtakken, die daar gezegend werden. In processie ging het dan naar binnen en de hosanna’s waren niet van de lucht.
De eerste trein kwam eraan op zondagmiddag. En zo druppelde iedereen op zijn eigen ritme binnen in de loop van de echte Goede Week. Het was een intense periode van samenleven met kinderen en kleinkinderen. Iedereen had zijn eigen plekje, maar veel activiteiten konden samen gebeuren, zoals wandelen en kaarten.
Het weer was zo uitnodigend dat ik met mijn koersfiets toch wel 50 km in de buurt gefietst heb. Eén keer een serieuze klim van 5 km naar Sprimont, en dan wijselijk naar beneden langs de Ourthe en de Amblève terug naar het basiskamp.
De kinderen mogen nu wat langer opblijven om een gezelschapsspel te spelen. Of een Europese match volgen op tv. Marie had haar studiewerk meegebracht. En in groep wandelden wij op het parcours van de renners in Luik-Bastenaken-Luik met de stevige klim van La Redoute. Binnenkort kunnen wij die plekjes op tv herkennen.
Voor het ‘laatste avondmaal’ op Witte Donderdag waren wij te gast in een Italiaans restaurant La casa nostra in Remouchamps. Een wandeling langs de rivier bracht ons daar, precies op tijd om mijn 75e verjaardag te vieren. Zo werd het op meer dan een vlak een onvergetelijke week, die ons nog lang zal heugen.
Jos