Klusjes

‘Mijn morgenshift in de brasserie zit erop, en dan ben ik maar meteen gekomen,’ vertelt onze kleinzoon Bran van 18 jaar. ‘Vanavond nog een uur of 5 meedraaien en dan is het een mooie dag geweest!’

Hij is vorige zondag de sleutels van zijn kot in Leuven gaan ophalen. Hij begint aan het eerste jaar geschiedenis. Dat is al jarenlang zijn passie. Nu heeft hij nog de septembermaand om wat vakantiewerk te doen. Eerst was hij er niet zo voor te vinden, maar zijn zus Marie helpt ook mee in een restaurant.

Toch was de verleiding van het verdiende loon aanvankelijk het minste van zijn zorg, maar nu hij meer en meer beseft dat studeren op kot heel wat geld kost, is hij snel bijgedraaid. Hij begon bij de afwas in de keuken, maar hij heeft ondertussen alle plekjes van de bistro al gezien. Een heel leerrijke tijd is dat om van alles te plannen en organiseren.

En dan snel even in onze dakgoot de verstopping oplossen, want de hevige regenbuien zorgden voor wateroverlast in onze veranda. Hij komt graag even langs om wat te vertellen over zijn taak als leider in de KSA.

Zijn jongere broer Naud van bijna 15 heeft mij ook al geholpen om de geoogste aardappelen in de kelder op te slaan en om af en toe – ongeveer elke vakantie – de lege flessen naar het containerpark te brengen.

En op dinsdagmiddag organiseren wij geen ‘krakende meneertjes’ meer. De kinderen zijn al zo groot geworden dat wij nu eerder spreken van ‘babbelbroodjes’. Op voorhand geven zij hun keuze door en dan ga ik die in de broodjeszaak afhalen. Dit uur samen tafelen geeft ruimte voor gesprek en filosoferen over de kleine en grote zaken in de wereld.

Naud is weer begonnen met voetballen, na de moeilijke coronatijd. Hij gaat al in de richting van 1,80 m en is mij dus al flink voorbijgestoken. Als ik vrij ben, ga ik graag wel supporteren op zaterdag of zondag. Naast het skaten en badmintonnen zorgt deze sport toch voor heel wat fysieke beweging voor een jongen in volle groei.

En zo is een nieuw werkjaar alweer begonnen.

Jos

Hoop

Vandaag voel ik me blij, gelukkig zelfs. Plotseling is er die gedachte: ‘dit kan niet blijven duren.’ Ik leef al zolang met verbrokkelde relaties die energie vragen van mijn naasten en mezelf. Hoe is het ons gelukt is om de ‘netten te boeten’, beter gezegd onze relaties te herstellen? En kunnen we dit blijven volhouden? Bang voel ik me, bang en gelukkig tegelijk.

‘Alles gaat voorbij.’ Dit is een troostende gedachte. Alle gevoelens komen en gaan. Blijdschap wil ik vasthouden. Verdriet en angst wil ik snel wegduwen. Accepteren wat er is en in het ‘nu’ blijven, kan helpen. Wat ik voel, kan ik verwelkomen. Het is wat het is.

Tegelijk is er een stevige grond die ons draagt, een hand op onze schouder die ons ondersteunt, een dak boven ons hoofd dat ons beschermt. In vrijheid mogen we gaan op onze weg. Gedragen, gesteund en beschermd. Het is een diepe zekerheid die me ontroert. Nooit ben ik alleen. ‘Midden onder u plaats ik mijn woning.’ (Lev. 26,11-12) 

Ruth