Opera of oratorium?

Ria en ik hebben niet de gewoonte om geregeld naar een opera te gaan. Het is een vrij apart muziekgenre en je moet er wat muzikale vorming voor gekregen hebben. Onze dochter Hilde, die in Berchem woont, doet dat wel, want zij heeft een abonnement.

Als verrassing had ik twee tickets besteld in de Antwerpse Stadsschouwburg voor de rock opera Jesus Christ Superstar. Het is nu enkele maanden geleden, maar die laatste week uit het leven van Jezus wordt in de Goede Week op verschillende manieren herdacht.

Door de eeuwen heen heeft die lijdensweek heel wat componisten geïnspireerd. Zo herinner ik me nog dat wij met onze vijf (toen nog kleine) kinderen in het Lemmensinstituut van Leuven een uitvoering bijwoonden van de Mattheuspassie van Bach. Het was geen sinecure om hen een paar uur stil en geconcentreerd te houden. Maar er was genoeg te horen en te zien in die prachtige aula en zij hebben er – zo hopen wij – iets van meegedragen.

Waarom de rock opera van Andrew Lloyd-Webber in Engelstalige versie? Voor mij was het een vorm van jeugdsentiment. Want ongeveer 40 jaar geleden had ik dit werk verschillende keren gehoord, toen wij met de leerlingen op Londenreis gingen. Voor die jongeren was dit toch wel erg toegankelijke muziek.

Ik was niet de enige, want rondom ons zaten nog verschillende oud-leraren die om dezelfde reden deze opera nog eens wilden meemaken. Voor Ria was het de eerste keer en echt een openbaring. Meer nog dan in Londen werden alle moderne middelen van decor, film, muziek gebruikt om het verhaal op te roepen. En nog steeds was de originele zanger Ted Neeley van de partij, die als 70-jarige van deze rol zijn levenswerk gemaakt heeft.

De klassieke nummers zoals I Don’t Know How to Love Him en Could We Start Again Please? blijven nog altijd de innige sfeer van die tijd, maar ook die van onze tijd oproepen. Op paasmorgen wekten wij onze kinderen met het majestatische Hallelujah van Händel. En dan was het tijd om paaseieren te rapen in de tuin.

Jos

Sterven en verrijzen

Mijn vader stierf enkele maanden geleden, voor onze kleine kinderen een bijzonder onvatbaar gebeuren. Althans dat dacht ik.

Bewust kozen we ervoor om hen er bij te betrekken, om hen te laten ervaren dat dit pijn doet, maar je er niet aan dood gaat en om te laten voelen dat sterven nu eenmaal deel van het leven is. Dus ze zijn mee gaan groeten, waarbij de kleinste meteen naar hem toeliep en hem zacht begon te aaien en de oudste met wat meer schrik van op een afstand toekeek. Tot hij zag hoe spontaan zijn zusje reageerde en ook hij een stapje dichterbij durfde te zetten.

Toen ik enkele weken geleden hen mee nam naar het graf vroeg de jongste van nog geen vier: ‘mama, wat komen we hier eigenlijk doen?’ Ik antwoordde: ‘maar schat toch, dat weet je toch. Peter Pros ligt hier begraven.’ Waarop zij prompt antwoordde: ‘hoezo, die is toch in de hemel?’

Nog nooit heb ik de Verrijzenis zo gevat horen uitleggen. Behalve dan in het Johannes-evangelie natuurlijk.

Ellen

Omdat het Pasen is

Over de betekenis Pasen wordt er veel gezegd en geschreven. Tijdens de paasviering neemt de voorganger ons ook mee in het Paasgebeuren. Onze jongens van acht en tien luisteren naar de homilie. Jade, onze jongste van vier daarentegen, heeft last van wiebelbenen en zit de hele tijd te schuiven en te draaien op haar stoel. Ook haar mondje staat niet stil. Enkele mensen kijken geamuseerd in de richting van ons woelwater. De hele uitleg rond Pasen gaat aan haar voorbij. Maar wanneer de voorganger op het einde van de viering zegt dat de paasklokken ook in de kerk geweest zijn, spitst ze toch haar oren. Dat heeft ze dan wel weer gehoord! Als de bliksem loopt ze naar voren om een zakje paaseitjes op te halen.

Terwijl ik me loop af te vragen wat Jade nu meegenomen heeft van de viering, passeren we een bedelende moslima. Jade aarzelt geen ogenblik en geeft haar zakje paaseitjes af aan de dame. De vrouw in kwestie kijkt even beduusd en antwoordt iets in een vreemde taal. Jade verstaat er niets van, gooit haar armpjes in de lucht, en met een soort hoera-gebaar geeft ze de vrouw een knuffel en zegt “Het is Pasen vandaag!”.

Verdorie, denk ik, ze heeft er meer van begrepen dan wij allemaal.
 

Sylvie

Ochtend

Ik hou van de vroege ochtend.
Dat uur waarop bijna iedereen nog slaapt, en enkel het bleker wordende oosten fluistert dat het geen nacht meer is.
De wereld ademt stilte. Het huis ademt rust.
In de hoeken van de kamers sluimeren nog de stemmen van gisteren – het gezang van de Paaswake, en het stoutmoedige ‘zalig pasen’ dat we elkaar wensten, al was dat toen een beetje te vroeg. Dat mag. De steen is al weggerold.
Op de eettafel in het midden, waar het reeds dag is, tintelt het van belofte. Onstuitbaar is het licht – het zal straks de hele woonkamer vullen. De slaapkamers. Het huis. De wereld.
Hij is verrezen.
Zo is het elke ochtend.
Maar heel bijzonder deze ochtend. Pasen, de ochtend par excellence.
De ochtendste ochtend van alle ochtenden.
Nog even en iedereen zal ontwaken.
Is het ooit heerlijker ontwaken dan vandaag?
Zalig Pasen!

Katie

Nieuw leven

Pasen betekent nieuw leven. Dat mochten we de afgelopen weken op diverse manieren ervaren. Vooreerst letterlijk. Een collega beviel van een zoon en een nicht liet weten dat ze, na vijf moeilijke jaren, opnieuw zwanger was.  „Fingers crossed”, stond er in haar sms. Duimen zullen we inderdaad.   Als dat geen goed nieuws is…

Ook figuurlijk was er ‘nieuw leven’. Na ruim anderhalf jaar geduldig, en soms ook ongeduldig, wachten, kregen we net vóór Pasen telefoon dat de verkoop van een extra stukje grond bij de tuin eindelijk kon doorgaan. Diezelfde dag belde de tuinman op dat hij de werken weldra zou aanvatten. Op minder dan een week onderging de tuin al grote veranderingen. Plannen worden werkelijkheid en stilaan beginnen we te dromen van gezellige  zomeravonden op ons nieuwe terras. Met de werken in de tuin mochten we de afgelopen dagen ook binnenshuis ‘nieuw leven’ verwelkomen. Mieren en andere insecten vinden vlot hun weg, maar die ongemakken nemen we er nu even bij.

Inmiddels mocht onze zoon voor het eerst kennismaken met het eerste leerjaar en ontvingen we nu al bericht met de datum van de eerste communie volgend schooljaar.

Vele vormen van ‘nieuwe leven’ die we met open armen verwelkomen en die ons sterken in het vertrouwen dat ‘alles goed komt’, of misschien beter dat ‘alles goed is zoals het is’, ook als dingen niet lopen zoals wij ze dromen, wensen en verlangen. Dat te kunnen aanvaarden, is een zegen en schenkt nieuw leven, telkens opnieuw. Volgend jaar een eerste communiefeest in onze eigen, afgewerkte tuin? Als ’t God belieft…, maar dromen mag altijd.

Liselotte

Halleluja!

‘Weet je mijn grote geheim al?
Wij zaten ’s middags nog even aan tafel met Bran, je weet wel, die trage eter en ook wel onze filosoof.
Behoedzaam sloot hij de deur van de keuken, want de andere kinderen waren al aan het spelen in de living.
‘Ja, binnenkort zal het gedaan zijn met de legende van Kerstmis en Pasen. Zodra Naud het ook weet, is het voorbij.’

Naud is zijn kleine broer van zes. Bran wordt straks tien en zijn mama vond dat het tijd werd om bepaalde sprookjes even te doorprikken.
Hij verwarde Sinterklaas met Kerstmis, maar dat is hem vergeven.

‘Ik had het toch al wel gezien, want Zwarte Piet had bij de jeugdbeweging witte handen.’
Wij probeerden hem wat te helpen bij die verwerking van zijn kinderverdriet.
‘Neen,’ zegde Ria, ‘er komt een tijd dat kinderen groter worden en dat je moet vertellen wie Sinterklaas is en waar de paaseieren vandaan komen. Dat hebben wij ook met je papa zo gedaan.’

Bij ons was het met Pasen de gewoonte dat de kinderen ’s morgens in bed moesten blijven, tot ik de tijd gekregen had om de paaseieren in de tuin te verstoppen – één keer slechts in de veranda bij rotweer. En dan lieten wij het Halleluja van Händel uit de boxen schallen. Die muziek, die wij ook in de paasnacht zingen, vertolkt nog altijd het best de vreugde van Jezus’ verrijzenis. Dat was het teken om de jacht in de tuin te openen.

En nu nog komen de kleinkinderen met Pasen ’s morgens de paaseieren zoeken. En daarna mogen ze bij ons ontbijten met ons zelf gebakken rozijnenbrood. Het zijn nu eenmaal lentetradities, die heel diep geworteld zijn. En die wij zelf van onze ouders meegekregen hebben.

‘Dan zal ik dat later ook aan mijn kinderen mogen vertellen?’
‘Ja, natuurlijk, zo blijft dat altijd doorgaan!’
Hij was enigszins gerustgesteld door het feit dat die legende – zijn eigen woord – dus toch niet helemaal afgevoerd moest worden. Maar het zal nog wel even duren voor hij alles verwerkt heeft. Want in zijn hoofdje neemt hij de dingen nogal letterlijk.

Halleluja, wat is het mooi als kleinkinderen stilaan groter worden!

Jos

Escargotter

Escargotter is genomineerd als één van de nieuwe Franse woorden. Het betekent: ‘alles op een slakkengangetje doen’. Het zegt me wel wat, zo vlak voor de Paasvakantie.
Het doet me denken aan de tijd voor we kinderen hadden. Toen gingen we meermaals per jaar een week lang op wandelvakantie. We verkozen desolate of rustige plekken: doorheen de Noorse moerassen, in het Cypriotische binnenland, langsheen de Cubaanse tabaksplantages. Telkens was er maar één ding wat echt moest: de volgende slaapplaats bereiken. Verder was er alleen het stappen, het rusten, weer het stappen, weer het rusten.
De eerste dagen was er nog die maalstroom aan gedachten. Het werk moesten we loslaten, de verbouwing opzijschuiven, de agenda dichtklappen. We stapten tot er geen gedachten meer waren. Er was alleen nog de zon op je huid, of de wind, of de geur van sparrenbomen.
Naarmate het hoofd leger werd, werd de aandacht voor de omgeving scherper. Alsof er eerst een hoop ballast moest weggegooid worden vooraleer te kunnen zien, horen, voelen en ruiken. De ontvankelijkheid werd groter, het hart werd voller.

Tien jaar later, drie kinderen en de daarbij meegeleverde drukte rijker leg ik me op mijn rug in het gras. Een wandelweek is nu niet aan de orde. Maar ik kijk naar de wolken die langzaam voorbijdrijven en voel mij een tikkeltje leger worden. Een vleugje wandelervaring, op een gestolen moment.
Misschien is dit ook wel vasten, schiet er door mijn hoofd. Je leeg maken, beetje bij beetje, om ontvankelijk te kunnen worden voor de volheid van het mysterie dat Pasen heet.

Sylvie